LEARN 2 MOVE 0-2 jaar richt zich op de jongste leeftijdsgroep, de 0 tot 2 jarigen. Bij de jonge kinderen in ons onderzoek gaat het om kinderen met een hoog risico op CP.

Het doel van LEARN 2 MOVE 0-2 jaar is om te evalueren of interventie met het nieuwe fysiotherapeutische begeleidingsprogramma COPCA (Coping with and caring for infants with special needs – a family centered program, Dirks & Hadders-Algra) bij zuigelingen met een hoog risico op CP tot een betere uitkomst leidt in termen van functioneren van zowel het kind als het gezin dan traditionele kinderfysiotherapeutische begeleiding. Het voorgaande VIP-onderzoek bij ‘high-risk’ zuigelingen geeft aan dat COPCA inderdaad bijdraagt aan gunstige ontwikkelingen (voorlopige resultaten gepubliceerd in Blauw-Hospers et al. 2007 en De Graaf-Peters et al. 2007).

De opzet van het onderzoek is als volgt:

Deelnemers

  • 40 zuigelingen, bij start van het onderzoek 1-9 maanden oud (gecorrigeerde leeftijd) en hoog risico op CP
  • Inclusie criteria:
    • Cystische periventriculaire leukomalacie (cPVL)
    • Uni- of bilaterale hersenparenchym bloeding
    • Uni- of bilaterale hersenparenchym infarct
    • Ernstige perinatale asfyxie (Sarnat 2-3) met hersenschade op MRI
    • Neurologische disfunctie duidend op de ontwikkeling van CP
  • Exclusie criteria
    • Ernstige congenitale afwijkingen
    • Ouders spreken onvoldoende Nederlands
  • Wervingsareaal: Groningen, Friesland, Drenthe, Overijssel en regio rond Amsterdam

Interventie

  • Kinderen worden at random toegewezen aan de COPCA groep of de groep met traditionele kinderfysiotherapie. Toewijzing wordt uitgevoerd door Mw. Tineke Dirks, ontwikkelingsfysiotherapeute van de Ontwikkelingsneurologie; zij coördineert ook het contact tussen therapeuten, ouders en kinder(revalidatie)artsen. Zij is de enige persoon van het onderzoeksteam die niet blind is t.a.v. de groepstoewijzing van de kinderen.
  • In elke regio is een aantal therapeuten opgeleid in de COPCA begeleiding. De inhoud van de COPCA begeleiding wordt nog niet bekend gemaakt, dit om het contrast tussen de beide behandelgroepen zo groot mogelijk te houden.
  • Duur van de interventie: 1 jaar
  • Frequentie van de interventie: Voor de COPCA begeleiding geldt dat de interventie een keer per week wordt gegeven, het streven is om de controlegroep met een zelfde frequentie te begeleiden.

Evaluatie

  • Met een uitgebreide testbatterij, die zowel het functioneren van het kind meet (motoriek, cognitie), het functioneren van het gezin en de ouder-kind interactie, als ook de wijze waarop de fysiotherapeutische begeleiding wordt uitgevoerd (video-opnames van kinderfysiotherapeutische behandelingen)
  • Meetmomenten: bij de start van het onderzoek, na 3, 6 en 12 maanden na start van de interventie en tot slot (als dit niet samenvalt met de meting na 12 maanden) op de gecorrigeerde leeftijd van 21 maanden.